Maarten Houtman hield zijn toespraken tijdens sessies voor de vuist weg. Als toehoorder vond je het eigenlijk vanzelfsprekend dat hij dat deed, diep vanbinnen wist je gewoon: hij is een groot verteller, zijn verhalen ontstaan uit de stilte, dezelfde stilte en leegte die de hele schepping voortbracht. En hij gaf ons daarmee de inspiratie die leegte en stilte in onszelf terug te vinden.
Die vanzelfsprekendheid – het woord zegt het al – zien we ook bij de oude vertelster Imah, die hem aan zijn bedje vier jaar lang uit het hoofd het grote heldenepos van de Mahabharata vertelde. Zoals dit verhaal over de schepping:
“Vóór de grote Verteller aan het Verhaal begon, was er een nacht die maar niet eindigde en waarin niets gebeurde. Toen was iemand, al wist niemand wie dat was en wanneer het gebeurde, een lied gaan zingen, waarin alles dat er nu is werd opgeroepen om tevoorschijn te komen en zich niet meer in de nacht te verbergen.”
‘De breuk’, Werelden (1), Karti
Toen Maarten van de plantage vertrok, zocht hij Imah op in haar kleine huisje – waar hij nog nooit geweest was – om afscheid van te nemen. Ze voelde hem al van verre aankomen. En toen gaf ze hem dit advies mee:
“Luister goed. Alle verhalen bestaan zolang je ze vertelt. Als je klaar bent zijn ze er niet meer, behalve in het hart van degene die ze echt gehoord heeft en die ze ook weer vertelt. Je moet zó leren luisteren dat je de verhalen weet vóór een ander ze vertelt, want ze zijn er altijd en ze willen altijd weer verteld worden. Ze gaan uit je weg als je ophoudt te luisteren, maar ze blijven op je wachten. Als je niet naar binnen kunt luisteren is er alleen maar wat je om je heen ziet, zoals het is bij je geleerde moeder. Maar voor jou, die al zoveel verhalen van mij gehoord hebt, is het anders. Daarom moet je zorgen dat alle verhalen in je blijven leven, wat er ook gebeurt. Anders raak je klem en dan heb je verdriet. Zoals je weet hebben de meeste mensen verdriet. Dat komt daardoor. En nu moet je terug naar huis, want anders vraag je me iets dat vanzelf bij je komt wanneer je een verteller bent geworden.”
‘De breuk’, De twee manieren
En dat is Maarten ook geworden … een Verteller, staande in een lange traditie.
bij elk van die toespraken overkwam het je weer, dat er tegen het einde een unheimisch gevoel bij je bovenkwam, van … heb ik het gezegde wel begrepen … er zijn nog zoveel vragen… Precies aan dat gevoel appelleerde Maarten, als hij zei: “Je zult het nog heel vaak moeten horen…”
Toch zei hij ook vaak tegen het einde van zijn toespraak, in allerlei varianten: “Dan heb je niemand meer nodig, je hebt ook mij niet niet meer nodig, dan ga je je eigen weg…” Terwijl het mij dan overkwam dat ik dacht: laat dit alsjeblieft doorgaan, vertel verder, Maarten … straks sta ik er alleen voor…
De oude vertelster Imah vond voor Maarten altijd een verhaal dat bij zijn stemming paste, bij de zorgen van de dag. Dat is ook precies zoals hij het óns vertelde, een verhaal waarvan je dacht: hoe verzint hij het … dat is precies waar ik mee zit… Hij heeft het tegen mij!
En natuurlijk wilde je liefst weten hoe het verder zou gaan, hoe het verhaal af zou lopen. Maar dan zei hij: “Dat weet je niet, dat is nog in het verhaal verborgen…” En ja, daar had ik telkens grote moeite mee, ik wilde zo graag weten…
Maar, zoals de oude vertelster tegen Maarten zei, dan begeef je je op dwaalwegen van de demonen…
Ik denk dat Maarten dat bedoelde, toen hij die keer tegen ons zei dat we het grote Verhaal zelf moesten vertellen en de regie over ons leven moesten nemen – dat we ons leven moesten toevoegen aan het grote Verhaal van de mensheid, “dat Verhaal dat door ieder die het vertelt, vergroot en vernieuwd wordt, omdat je je eigen verhaal aan dat hele grote Verhaal toevoegt.”
In die toespraak: ‘Het oneindige verhaal’, zei Maarten tegen de aanwezigen:
“Ik heb ook deze sessie van velen van jullie een verhaal gehoord. En dat is in de veertig jaren dat ik nu bezig ben natuurlijk altijd zo geweest. Soms komt de vraag in me op wat het signaal is dat uit al die verhalen opklinkt. Variaties zijn er net zoveel als er mensen zijn die verhalen vertellen. En je bént natuurlijk zelf ook een verhaal. Ik geloof dat het typisch menselijke er niet in ligt dat je het verhaal vertelt, maar dat je je bewust bent dát je het verhaal vertelt, dat je je bewust bent dat je een verhaal bént. De meeste mensen vertellen alleen maar een verhaal, en laten het dan aan mij over om te beseffen wat dat verhaal betekent. En misschien is die tussenfase nodig, dat je alleen maar een verhaal vertelt en je niet bewust bent dát je een verhaal vertelt, en nog minder dat het er eigenlijk om gaat hoe je dat verhaal vertelt. Want in dat ‘hoe’ zit het signaal.”
[Afb. bovenaan:] Illustratie uit: Maarten Houtman: ‘De kom van herinnering en andere verhalen’ – zie https://taozen.nl/etalage/
Hein Zeillemaker, augustus 2022
terug naar Een kleine beweging ontstaat